en {0} anderen
en {0} ander
In gesprek met bildungdocent, mode-filosoof en bestuurslid van Queer Amsterdam Aynouk Tan (zij/hen). In een tweedelig gastcollege tijdens Het Bildung Halfjaarprogramma onderzocht Aynouk samen met de studenten de relatie tussen uiterlijk en identiteit. Ze gebruikt mode en kleding om zich uit te spreken over identiteitspolitiek en diversiteit.
Wat doe je precies?
Mijn praktijk beweegt zich rondom identiteitspolitiek en diversiteit - via de kleren die we dragen probeer ik de wereld te duiden. Mensen noemen mij ook wel een ‘mode-filosoof’. Ik gebruik kleding als middel voor culturele analyse. Via kleding en het uiterlijk probeer ik de mens te begrijpen en te analyseren. Ik werk als journalist, docent, moderator, adviseur, curator voor o.a. AFK, LINDA en het Stedelijk.
Wat heb je gedaan als bildungdocent?
Tijdens een tweedelige workshop neem ik de bildungstudenten mee in het systeem van kleding. Hun kledingvoorkeur is namelijk niet neutraal, het is ingebed in een groter systeem. Vaak raken studenten in de weerstand omdat ze zichzelf op een bepaalde manier willen zien en uitdrukken. Door ze uit te dagen vinden ze de kracht en moed om anders naar zichzelf te kijken.
Vanuit zoiets tastbaars als kleding wordt het makkelijker om na te denken over economische en maatschappelijke systemen, de gevolgen daarvan (vervuiling, arbeidsomstandigheden) en je dagelijks functioneren daarin.
Waarom is het een probleem dat we ons met onze kleding identificeren?
Wij leven in een hetero normatieve, koloniale en patriarchale samenleving en dat kan je duidelijk terugzien in kleding. We hebben waarden aan kleding gekoppeld en identificeren ons daar (onbewust) mee. Wij handelen naar normen en categorieën en daar probeer ik mensen bewust van te maken. Neem bijvoorbeeld traditionele vrouwenkleding: rokjes, panties, of hakken - eigenlijk alles wat als ‘vrouwelijk’ wordt gezien - dagen mannen over het algemeen niet. Als ze dit wel doen dan worden ze vaak belachelijk gemaakt, oftewel ‘ze dalen in waarden’. We hebben dergelijke noties geïnternaliseerd en projecteren dat op onszelf en anderen. Als je daarvan afwijkt ontstaat er schaamte - dat is het gevolg van een disciplinerend systeem. Ik probeer dat door bijvoorbeeld mijn eigen kleding te ontwrichten. Kleren zijn in die zin een toegankelijk middel omdat er geen mens is die zich niet aankleedt - het is ontzettend persoonlijk. Vanuit zoiets tastbaars wordt het makkelijker om na te denken over economische en maatschappelijke systemen, de gevolgen daarvan (vervuiling, arbeidsomstandigheden) en je dagelijks functioneren daarin.
Waar identificeer jij je mee?
Met queer zijn. Ik ben grofweg tegen categorisatie. Zo noemen de meesten zich man of vrouw terwijl er wel 30 verschillende genders zijn. Ik ben ervan bewust dat we ons met íets moeten identificeren. We zijn niet zo authentiek als we denken. De mens is ultiem in staat tot verandering en ik probeer te veranderen waarmee we ons identificeren.
Wat zegt jouw kleding over jou?
Ik wil graag ontwrichten - in die zin zijn de provo’s een grote inspiratiebron - het persoonlijke met het politieke verbinden en de verbeelding centraal stellen. Ik wil spelen als een kind en laten zien dat er meer mogelijk is dan we denken. Niet alleen omdat het bevrijdend kan werken, maar ook omdat het maatschappelijk belangrijk is. Mode is een verkleedkist en geen keurslijf! We beperken ons zeer door vast te houden aan normen en categorieën. Bovendien zijn de gevolgen structureel desastreus.
Ben je altijd zo uitgesproken?
Ik kom proactief en provocerend over, maar dat komt doordat ik mij heb geschaamd voor wie ik ben. Het ideaalbeeld dat heerst en de druk van de prestatiemaatschappij hebben er aan bijgedragen dat ik mij vaak niet thuis heb gevoeld in deze wereld. Door die kwetsbaarheid heb ik mij moeten losbreken van dit systeem.
Benieuwd of dit iets is voor jou? Meer informatie over Het Halfjaarprogramma vind je hier.